押える
JMdict 200217
Word 押さえる ; 押える
Reading おさえる
Translation dut onderdrukken ; naar beneden drukken ; beheersen ; bedwingen ; ( met overmacht ) in bedwang houden ; eronder houden ; tegenhouden ; voorkomen ; terughouden ; arresteren ; gevangennemen ; in hechtenis nemen ; aanhouden ; in zijn kraag grijpen ; oren} dichtstoppen {de ; de de handen ogen} bedekken {met ; verbergen ; de handen het hoofd} vasthouden {met ; hand voor de mond} houden {de ; men recht op heeft {waar ; een deel van het loon etc .} achterhouden ; terughouden ; niet geven ; onthouden ; beslag leggen op {goederen ; eigendom ; documenten etc .} ; gerechtelijk in beslag nemen ; confisqueren ; grijpen ; pakken ; nemen ; in zijn klauwen krijgen ; een voorzichtige raming doen ; een voorzichtige schatting maken ; behoedzaam begroten ; plafonneren ; niet hoger laten oplopen dan ; prijzen} drukken {de ; binnen een bepaalde limiet houden ; onder een bepaalde limiet houden Translation hun abbahagy ; fogva tart ; korlátoz ; megfékez ; visszatart ; beszorul ; elkoboz ; elfojt ; elnyom ; elhallgattat ; eltitkol ; lenyom ; megálít ; visszatart Translation spa suprimir ; detener ; atrapar ; asegurar
Translation eng to quell ; to subdue ; to suppress ; to repress ; to hold back ; to check ; to curb ; to contain ; to pin down ; to hold down ; to press down ; to cover ( esp . a part of one's body with one's hand ) ; to clutch (a body part in pain ) ; to press (a body part ) ; to get a hold of ; to obtain ; to seize ; to catch ; to arrest ; to grasp (a point ) ; to comprehend Translation ger niederhalten ; niederdrücken ; zu Boden zwingen ; unterdrücken ; niederhalten ; beherrschen ; kontrollieren ; in Schach halten ; senken ( die Stimme ) ; festhalten ; mit den Händen halten ; fangen ; festnehmen ; punktlos halten ; pfänden ; beschlagnahmen Translation fre retenir ; maintenir ; arrêter ; restreindre ; freiner ; saisir ; attraper ; capturer ; prendre le contrôle de quelque chose ; gouverner ; régir ; limiter ( par ex . l'information ) ; supprimer ; déterminer ( les points importants ) ; trouver ( la preuve ) ; comprendre Translation rus 1) {на}давить , придавить ; 2) придерживать ; прикрывать {рукой} ; 3) подавлять ( напр . мятеж ); пресекать ; задерживать ( кого-л .); накладывать арест ( на что-л .) ; 4) хватать ( кого-что-л .) ; 5) сдерживать , удерживать ; останавливать ; справляться кем-чем-л .) ; ( ср .) おさえがたい ; 6) удерживать , не {от}давать ; не выплачивать ; 7) ( ком .) низко оценивать
Crossref 抑える・おさえる・2

留める
JMdict 200217
Word 止める ; 留める ; 停める
Reading とめる
Translation dut vastmaken ; bevestigen ; vastzetten ; vastbinden ; vastklemmen ; vasthechten ; vastleggen ; fixeren ; hechten ; op z'n plaats houden ; afhechten {糸を} ; afkanten {編み目を} ; vastsjorren {ロープを} ; beleggen ; seizen ; vastkloppen {鋲で} ; vastklinken ; vastnagelen {釘で} ; vastspijkeren ; vastpinnen {ピンで} ; dichtknopen {ボタンで} ; toeknopen ; vastknopen ; {ホック ; かぎで} aanhaken ; vasthaken ; dichthaken ; ophouden ; tegenhouden ; aanhouden ; vasthouden ; gevangen houden ; in hechtenis houden ; in arrest houden ; in verzekerde bewaring houden ; detineren ; laten nablijven {学校で} ; laten schoolblijven ; {心 ; 気に} denken aan ; ernstig overdenken ; in acht nemen ; acht slaan op ; letten op ; in gedachten houden ; voor ogen houden ; rekening houden met ; zich aantrekken ; aandacht schenken aan ; ter harte nemen ; indachtig zijn ; gedachtig zijn ; onthouden ; in het hart prenten ; in het gemoed prenten ; de ogen vestigen op {…に目を} ; stoppen ; stopzetten ; stilleggen ; stilhouden ; laten stilstaan ; stillen ; stuiten ; tot stilstand brengen ; stilzetten ; tot staan brengen ; parkeren ; stallen ; de kant enz .} zetten {aan ; neerzetten ; arrêteren ; dief enz .} houden {de ; een halt toeroepen ; een punt zetten achter ~ ; een einde maken aan {een ruzie enz .} ; ophouden ; stremmen ; aanvoer enz .} staken {de ; afbreken ; afsnijden ; paard enz .} tegenhouden {een ; vasthouden ; aanhouden ; inhouden ; keren ; afdammen {fig .} ; geluid {m .b.t. ; pijn} weren ; ophouden ; stelpen ; licht enz .} uitdoen {het ; uitschakelen ; gas {m .b.t. ; water ; radio} uitdraaien ; dichtdraaien ; afsluiten ; uitzetten ; afzetten ; stroom} afbreken {de ; afsnijden ; inflatie enz .} bedwingen {m .b.t. ; beheersen ; afremmen ; beteugelen ; breidelen ; in toom houden ; in bedwang houden ; intomen ; groei enz .} belemmeren {de ; beletten ; verhinderen ; verbieden ; voorkomen ; ontzeggen ; verhoeden Translation hun befog ; megáll ; bekapcsol ; csukódik ; eltér ; lecsavar ; letér ; akadályoz ; fogva tart ; marasztal ; befog Translation slv pričvrstiti ; pritrditi ; ustaviti Translation spa parar ; detener ; parar ; detener ( algo ) ; cesar ; renunciar ; ponerle fin a Translation swe stoppa
Translation eng to notice ; to be aware of ; to concentrate on ; to pay attention to ; to remember ; to bear in mind ; to fix ( in place ) ; to fasten ; to tack ; to pin ; to nail ; to button ; to staple ; to detain ; to keep in custody ; to stop ; to turn off ; to park ; to prevent ; to suppress (a cough ) ; to hold back ( tears ) ; to hold ( one's breath ) ; to relieve ( pain ) ; to stop ( someone from doing something ) ; to dissuade ; to forbid ; to prohibit Translation ger anhalten ; zum Stehen bringen ; unterbrechen ; abstellen ; ausschalten ; verbieten ; abbringen ; abhalten ; aufhalten ; befestigen ; anhalten ; stoppen ; befestigen ; festmachen ; abhalten ; aufhalten ; hinterlassen ; zurücklassen ; festhalten ; einschließen Translation fre arrêter ; éteindre ; se garer ; stationner ; empêcher ; retenir ( une toux , des larmes , son souffle ) ; soulager ( la douleur ) ; empêcher ( quelqu'un de faire quelque chose ) ; faire cesser ; dissuader ; interdire ; prohiber ; remarquer ; être au courant de ; se concentrer sur ; prêter attention à ; se rappeler de ; retenir ; se souvenir de ; garder à l'esprit ; détenir ; retenir ; maintenir en détention Translation rus 1) (( тж .) 停める ) останавливать ( прекращать движение ) ; 2) (( тк .) 止める ) останавливать , задерживать , прекращать ; выключать ( газ , свет , радио и т. п.) ; 3) (( чаще ) 止める ) закреплять ; 4) (( тк .) 止める ) останавливать , удерживать ( кого-л . от чего-л .) ; 5) (( тк .) 留める ) задерживать ( кого-л .); оставлять после уроков ( школьника ) ; (( ср .) とめる【泊める】 ) ; 6) (( чаще ) 留める ) ( перен .) оставлять ( что-л . (в памяти , в сердце и т. п.)
Crossref 目を留める ; 気に留める

牽束
JMdict 200217
Word 牽束
Reading けんそく
Translation hun fogvatartás ; önuralom
Translation eng restraint ; being exclusively absorbed in something




Records 1 - 8 of 8 retrieved in 199 ms