出る
JMdict 200217
Word 出る
Reading でる
Translation dut naar buiten gaan ; naar buiten komen ; zich vertonen ; uitbreken ; uitgaan ; uitkomen ; verlaten ; vandaan gaan ( bij ) ; vertrekken ; boot} afvaren {m .b.t. ; afstuderen ( aan ) {i .h.b.} ; aftrek vinden {i .h.b.} ; weggaan ; verschijnen ; opkomen ; voor de dag komen ; opduiken ; te voorschijn komen ; zich voordoen ; rijzen ; voorkomen ; de telefoon enz .} komen {aan ; zon} opgaan {m .b.t. ; rijzen ; doorkomen ; bloemknoppen enz .} uitkomen {m .b.t. ; uitlopen ; ontdekt worden {i .h.b.} ; geesten {m .b.t. ; spoken} waren ; uitsteken ; naar buiten steken ; opsteken ; uitspringen ; oprijzen ; bijwonen ; aanwezig zijn bij ; gaan naar ; deelnemen aan ; meedoen aan ; het gerecht enz .} verschijnen {voor ; in {zaken ; het bedrijfsleven ; de politiek enz .} gaan ; wegen} leiden naar {m .b.t. ; voeren naar ; uitkomen op ; tegenkomen ; bereiken ; aantreffen ; vinden ; stuiten op ; te buiten gaan ; overschrijden ; gaan over ; passeren ; ontspruiten ( aan ) ; komen uit ; voortkomen ( uit ) ; voortspringen uit ; ontstaan uit ; beginnen ; ontspringen ; ontsnappen ; opwellen {fig .} ; ontwellen {lit .t.} ; zijn oorsprong ontlenen aan ; zijn oorsprong vinden in ; teruggaan op ; afstammen van ; afkomen van ; stammen uit ; voortspruiten uit ; verschijnen ; uitkomen ; uitgegeven worden ; gepubliceerd worden ; de pers enz .} halen {i .h.b. ; krijgen ; verkrijgen ; bekomen {arch .} ; gerecht} opgediend worden {m .b.t. ; geserveerd worden ; bedrag {m .b.t. ; premie} uitgekeerd worden ; toenemen ; rijzen ; wind} opsteken {m .b.t. ; aanwakkeren ; snelheid} optrekken {m .b.t. ; zich gedragen ; een houding nemen ; thee} trekken {m .b.t. Translation hun elmegy ; enged ; hagy ; kilép ; meghal Translation slv izstopiti , iti ; priti ven ( iz zaprtega prostora ), oditi iz , odpotovati , zapustiti zaprt prostor ; imeti ( za fiziološke pojave ) ; diplomirati ; odgovoriti ( na telefon ) Translation spa aparecer ; dejar ; salir ; ( teléfono o puerta )/ ; contestar ( teléfono o puerta )
Translation eng to leave ; to exit ; to go out ; to come out ; to get out ; to leave ( on a journey ) ; to depart ; to start out ; to set out ; to move forward ; to come to ; to get to ; to lead to ; to reach ; to appear ; to come out ; to emerge ; to surface ; to come forth ; to turn up ; to be found ; to be detected ; to be discovered ; to be exposed ; to show ; to be exhibited ; to be on display ; to appear ( in print ) ; to be published ; to be announced ; to be issued ; to be listed ; to come out ; to attend ; to participate ; to take part ; to enter ( an event ) ; to play in ; to perform ; to be stated ; to be expressed ; to come up ; to be brought up ; to be raised ; to sell ; to exceed ; to go over ; to stick out ; to protrude ; to break out ; to occur ; to start ; to originate ; to be produced ; to come from ; to be derived from ; to be given ; to get ; to receive ; to be offered ; to be provided ; to be presented ; to be submitted ; to be handed in ; to be turned in ; to be paid ; to answer ( phone , door , etc .) ; to get ; to assume ( an attitude ) ; to act ; to behave ; to pick up ( speed , etc .) ; to gain ; to flow (e.g. tears ) ; to run ; to bleed ; to graduate Translation ger hinausgehen ; herauskommen ; erscheinen ; sich zeigen ; auftreten ; auftauchen ; hervorgehen ; in Erscheinung treten ; hinausgehen ; fortgehen ; spazieren gehen ; anwesend sein ; beiwohnen ; mitmachen ; besuchen ; herausfließen ; herausquellen ; hervorsprießen ; emporsprießen ; keimen ; ausbrechen ; entstehen ; teilnehmen ; veröffentlicht werden ; herausgegeben werden ; stehen ; geschrieben stehen ; sich einmengen ; sich einmischen ; einschreiten ; abgehen ; verlassen ; aufbrechen ; weggehen ; abreisen Translation fre partir ; sortir ; s'en aller ; quitter ; partir ( en voyage ) ; sortir ; s'en aller ; quitter ; démarrer ; établir ; déborder de ; dépasser de ; éclater ; survenir ; débuter ; commencer ; provenir ; être produit ; venir de ; résulter de ; dériver de ; être donné ; obtenir ; recevoir ; être offert ; être fourni ; être présenté ; être soumis ; être remis ; être rendu ; être payé ; répondre la porte , au téléphone , etc .) ; adopter ( une attitude ) ; agir ; se comporter ; prendre ( de la vitesse , etc .) ; gagner ; acquérir ; couler ( par ex . des larmes ) ; s'écouler ; saigner ; obtenir un diplôme ; avancer ; venir à ; accéder à ; conduire à ; mener à ; atteindre ; apparaître ; sortir ; émerger ; jaillir ; émaner ; s'échapper ; faire surface ; sortir ; être trouvé ; être détecté ; être découvert ; être exposé ; être montré ; être présenté ; paraître ( sur papier ) ; être publié ; être annoncé ; être émis ; être inscrit ; sortir ; assister ; participer ; prendre part ; se présenter à ( un événement ) ; jouer dans ; passer ( par ex . à la télévision ) ; être déclaré ; être exprimé ; être posé ; être relevé ; être soulevé ; vendre ; excéder ; dépasser Translation rus 1) выходить ( откуда-л ., куда-л .) ; Kは今用事で出ています К. сейчас вышел по делу ; 2) выходить , появляться чём-л .) ; 3) появляться ( где-л .), являться ( куда-л . (о ком-л .) ; 4) служить , состоять на службе (( тк .) 出ている ) ; 5) принимать участие ( гл . обр . в спорт . состязаниях ) ; 6) вступать ( во что-л .) ; 7) выступать ( кандидатом на выборах ) ; 8) оканчивать ( учебное заведение ) ; 9) быть найденным , найтись ; 10 ) быть поданным ; 11 ) выходить , получаться ; 12 ) быть помещённым печати ) ; 13 ) выходить ( из печати ) ; 14 ) продаваться ( гл . обр . о печатном издании ) ; 15 ) исходить , происходить ( откуда-л ., из чего-л .) ; 16 ) выходить , вырастать ; добываться ; 17 ) выступать , выдаваться ; 18 ) выходить за пределы ( чего-л .), превышать ; 19 ) расходоваться ; 20 ) сделать ( какой-л .) шаг , занять ( какую-л .) позицию

破る
JMdict 200217
Word 破る
Reading やぶる
Translation dut scheuren ; stuktrekken ; stukscheuren ; doorscheuren ; verscheuren ; rijten ; breken ; stukmaken ; vernielen ; afbreken ; deur} inbeuken {een ; forceren ; openbreken ; inslaan ; ruit} intikken {een ; stukslaan ; verbrijzelen ; muur} doorslaan {een ; uitbreken ; orde} verstoren {openbare ; droom} aan scherven slaan {iemands ; harmonie} verbreken {de ; stilte} doorbreken {de ; record} verbeteren {een ; breken ; plannen} doorkruisen {iemands ; dwarsbomen ; verijdelen ; frustreren ; belofte} schenden {zijn ; inbreken in {een gebouw} ; bank} kraken {een ; traditie} loslaten {een ; overtreden {spelregels} ; inbreuk maken op {iemands rechten} ; met voeten treden ; zondigen tegen {een gebod} ; ontsnappen uit {de gevangenis} ; heenbreken door {een barrière} ; uitbreken uit ; vijand} verslaan {de ; overwinnen ; tegenstander} kloppen {de ; verwonden ; wonden ; een wond toebrengen aan ; kwetsen ; blesseren ; bezeren ; huid} openhalen {de ; krenken ; grieven ; deren ; aantasten ; ontstemmen Translation hun elszakít ; elszakít ; feldúl ; hasad ; erőszakot követ el ; megbecstelenít ; megront ; megszentségtelenít ; meggyaláz ; meghiúsít ; összetör ; összetörik ; összeütközik ; összezúz ; összezúzódik ; szétzúz ; lerombol Translation slv razbiti , raztrgati ( papir , blago ipd .); ( pre ) kršiti ( zakon ipd .) Translation spa desgarrar ; violar ; vencer ; aplastar ; destruir ; romper (e.g. contraseña )
Translation eng to tear ; to rip ; to break ; to destroy ; to break through ( cordon , opponent's defense , etc .) ; to breach ; to defeat ; to beat ; to break (e.g. silence ) ; to disturb (e.g. peace ) ; to shatter (e.g. dream ) ; to disrupt ; to spoil ; to violate (e.g. rule ) ; to break (e.g. promise ) ; to infringe ; to break (a record ) Translation ger zerreißen ; zerbrechen ; kaputt machen ; übertreten ; verletzen ; verstoßen ( Gesetz ) ; brechen ( einen Vertrag ) ; besiegen ; schlagen Translation fre déchirer ; casser ; détruire ; faire une brèche ( dans les défenses d'un ennemi ) ; percer ; vaincre ; battre ; briser ( un rêve ) ; rompre ( la paix ) ; déranger ; transgresser ( une règle ) ; rompre ( une promesse ) ; battre ( un record ) Translation rus 1) разбивать , ломать ; рвать ; разрушать ; 2) прорывать ( напр . фронт ); прорываться ( напр . через заграждение ); вламываться ( напр . в ворота ) ; 3) нарушать ( правила , закон , обещание ; тишину , покой ) ; 4) (( тж .) 敗る ) разбивать , бить ( неприятеля ) ; 5) расстраивать , срывать ( чьи-л . планы ); проваливать ( чьё-л . предложение , начинание )


発疹
JMdict 200217

発生
JMdict 200217






打抜く
JMdict 200217
Word 打ち抜く ; 打抜く ; 打ち貫く ; ぶち抜く ; うち抜く
Reading うちぬく ; ぶちぬく
Translation dut ponsen ; drevelen ; stansen ; doorslaan ; perforeren ; doorboren ; uitponsen ; uitstansen ; tot één ruimte maken ; doorslaan ; scheidsmuren wegnemen ; tussenschotten verwijderen ; kamers doorbreken ; uitbreken ; van twee ; meerdere kamers één maken ; volledige uitvoering geven aan ; uitvoeren ; doorvoeren ; doorgaan met ; doorzetten ; doorboren ; tot één ruimte maken ; doorslaan ; scheidsmuren wegnemen ; tussenschotten verwijderen ; kamers doorbreken ; uitbreken ; van twee ; meerdere kamers één maken Translation hun átfúr ; átlyukaszt ; átüt ; bélyegez ; bevág ; dögönyöz ; kírnerez ; lyukaszt ; marhát terel ; megdögönyöz ; ökölcsapást mér vkire ; őriz legeltet ; ösztökél ; ráüt vkire ; rávág vkire ; átdöf ; átjár ; átszúr ; kibújik ; kifúr Translation spa troquelar ; atravesar a golpes
Translation eng to punch ; to hit and hit ; to stamp out ; to pierce ; to bore into ; to knock down walls Translation ger durchstoßen ; durchschießen ; stanzen ; durchdringen ; ausführen ( einen Schlag ) ; durchschießen ; durchstoßen ; durchschießen ; stanzen ; durchdringen ; ausführen ( einen Schlag ) Translation rus 1) пробивать , просверливать ; пронзать ; 2) выбивать , выдавливать ( напр . клеймо , медаль ); вырезать ( надпись , рисунок ) ; 3) (( тж .) 撃ち貫く ) простреливать



Records 1 - 14 of 14 retrieved in 309 ms