這入る
JMdict 200217
Word 入る ; 這入る
Reading はいる
Translation dut binnengaan ; naar binnen gaan ; erin gaan ; intrekken ; ingaan ; binnenkomen ; inkomen ; instappen ; intreden ; inlopen ; inslaan ; binnentreden ; binnendringen ; binnentrekken ; trein {van ; schip enz .} binnenlopen ; aankomen ; arriveren ; gaan in {het klooster enz .} ; komen in ; treden in ; stappen in ; gaan naar {de universiteit enz .} ; in dienst treden bij ; aan de slag gaan bij ; zich begeven in ; zijn intrede doen in ; lid worden van ; zich aansluiten bij ; deelnemen aan ; meedoen aan ; overgaan {in een toestand e.d.} ; geraken in ; raken in ; krijgen ; bevatten ; erin zitten ; erin steken ; inbegrepen zijn ; vallen onder ; komen onder ; er aan te pas komen ; er bij te pas komen ; elektriciteitsnet e.d.} aangesloten zijn ( op ) {van ; geïnstalleerd zijn ; thee {van ; koffie} gezet zijn ; klaar zijn Translation hun beír ; bejegyez ; feljegyez ; összekapcsol ; beáll ; beiratkozik ; fékez ; feltartóztat ; tartalmaz ; visszatart ; becsül ; érvényes ; fog ; hord ; megfog ; megvéd ; tart ; helyreállít ; kiegyenlít ; állít ; bír vmit ; elfogyaszt ; elkölt ; eltűr ; enged ; kap ; kitol vkivel ; mond ; rendelkezik vmivel ; szerez ; túljár az eszén vkinek ; tűr ; van vkinek vmije Translation slv vstopiti {v nekaj} ; priti v ; pojaviti se Translation spa entrar
Translation eng to enter ; to go into ; to break into ; to join ; to enroll ; to contain ; to hold ; to accommodate ; to have ( an income of ) ; to get ; to receive ; to score Translation ger hineingehen ; hereinkommen ; beinhalten ; eintreten ; beitreten ; erhalten ; anfangen Translation fre entrer ; pénétrer ; s'introduire ; joindre ; s'inscrire ; devenir membre de ; contenir ; tenir ; accueillir ; percevoir ( un revenu de ) ; obtenir ; recevoir ; marquer ( des points ) Translation rus 1) входить ; влезать , забираться ; попадать ( куда-л . о ком-л .) ; войдите! {さあ}お入り ; 2) вступать ; 3) проникать , проходить , попадать ( куда-л . о чём-л .) ; 4) входить , помещаться ; 5) получаться доходах ) ; 6) (о времени ):)


上下
JMdict 200217
Word 上下
Reading じょうげ
Translation dut stijgen en dalen ; rijzen en dalen ; op- en neergaan ; omhoog- en omlaaggaan ; fluctueren ; schommelen ; op- en afgaan ; op- en afrijden {i .h.b.} ; op- en afvaren {i .h.b.} ; tweedelig pak ; jasje en broek ; stijging en daling ; rijzing en daling ; fluctuatie ; schommeling ; op- en neergaand {atr .} ; hoog en laag ; hogere en lagere standen ; boven- en onderlaag ( van de maatschappij ; bevolking ) ; klein en groot ; geringen en aanzienlijken ; meerdere en mindere ; regeerders en onderdanen ; baas en ondergeschikte ; alle klassen {i .h.b.} ; standen ; hiërarchie {i .h.b.} ; orde {i .h.b.} ; rangorde ; sociale status {i .h.b.} ; set van twee boekdelen ; volumes I en II ; verticaal ; binnenkomend en uitgaand {verkeers .} ; beide richtingen {verkeers .} Translation hun nagyok és kicsinyek Translation slv visok in nizek ; visoko in nizko ; gor in dol ; prvi in drugi del knjige Translation spa Vertical ; fluctuación ; revés
Translation eng top and bottom ; high and low ; above and below ; upper and lower ends ; up and down ; going up and down ; rising and falling ; fluctuating ; going and coming back ; upper and lower classes ; ruler and ruled ; the government and the people ; first and second volumes Translation ger auf und ab gehen ; hoch und nieder gehen ; Oben und Unten ; Auf und Ab ; vertikales Schwanken ; etw . für Oben und Unten Translation fre dessus et dessous ; haut et bas ; ci-dessus et ci-dessous ; extrémités supérieure et inférieure ; monter et descendre ; montant et descendant ; fluctuant ; aller et revenir ; classes supérieures et inférieures ; gouvernants et gouvernés ; le gouvernement et le peuple ; premier et second volumes Translation rus идти то вверх , то вниз ; подниматься и опускаться ; колебаться ( напр . о ценах , температуре ) ; идти ( ехать ) туда и обратно оба конца ) ; 1) верх и низ ; вверху и и внизу ; высоко низко {~に} ; 2) подъём и спуск ; поднятие и падение ; колебание ; идти то то вверх , вниз ; подниматься и опускаться ; колебаться ( напр . о ценах , температуре ) {~する} ; 3) туда и обратно ; идти ( ехать ) туда и обратно оба конца ) {~する} ; 4) верхи и низы , высшие и низшие ; 5) 1-й и 2-й тома ( если их только два )




Records 1 - 9 of 9 retrieved in 566 ms