酔

酔う

よう

dronken worden aangeschoten raken teut worden {inform.} bezopen raken {inform.} high worden {i.h.b.} afgeknoedeld raken zich zat drinken zich bezatten zich bedrinken zich bezuipen {vulg.} misselijk worden {tengevolge van reisziekte zeeziekte luchtziekte enz.} zich verliezen in in een roes raken in extase raken in vervoering raken

napiti se postati pijan

emborracharse

to get drunk to become intoxicated to feel sick (e.g. in a vehicle) to become nauseated to be elated to be exalted to be spellbound to be in raptures

betrunken werden sich betrinken berauscht sein sich schlecht fühlen es ist einem schlecht es ist einem übel sich an etw. berauschen

se griser se saouler devenir ivre se sentir malade (par ex. dans un véhicule) avoir la nausée être euphorique être exalté être envoûté être en extase

1) опьянеть, напиться; (перен.) быть опьянённым (чем-л.); (ср.) よった 2) быть больным, чувствовать тошноту (от чего-л.); страдать от качки (от болтанки)