蟄 居

蟄居

ちっきょ

zich thuis schuilhouden onderduiken zich terugtrekken (op een kamer ten plattelande) zich ondergronds schuilhouden {entom.} het zich thuis schuilhouden het onderduiken onderduik onderduikschap teruggetrokkenheid (ten plattelande) het zich ondergronds schuilhouden {entom.} winterslaapplaats {entom.} schuilplaats retirade kamerarrest {Edo-periode} gedwongen verblijf op een kamer gevangenschap in z'n kamer

keeping house being confined to one's house

zurückgezogenes Leben Stubenhockertum Hausarrest nicht außer Haus gehen zurückgezogen leben

сидеть взаперти; не выходить из дому вести {домашнее} хозяйство 1) домашнее хозяйство вести хозяйство {～する} {домашнее} 2) домашний арест сидеть взаперти; не выходить из дому {～する}