太 鼓

太鼓

たいこ

taiko {muz.} grote trom trommel drum tamboer {veroud.} entertainer komiek grappenmaker moppentapper lolbroek grapjas clown komiekeling fratsenmaker potsenmaker paljas pias vleier kruiper komediant slippendrager flikflooier fleemkous slijmerd {inform.} slijmbal {inform.} slijmjurk {inform.} hielenlikker {inform.} kontlikker {inform.} kontkruiper {vulg.} mooiprater sijsjeslijmer {inform.} strooplikker likkepot {scherts.} stroopsmeerder pluimstrijker ogendienaar taiko-strik {= tot een pof gestrikte obi}

tartály

boben

tambor

drum

Trommel Taiko

tambour

1) барабан 2) (см.) たいこもち 3) (см.) たいこむすび