感 染

感染

かんせん

aangestoken worden besmet worden geïnfecteerd raken oplopen opdoen vatten (negatief) beïnvloed raken (slechte besmettelijke) invloed ondergaan infectie besmetting ontsteking contagie (negatieve) beïnvloeding (slechte besmettelijke) invloed verderf {fig.}

elkobozhatóvá válás fertőzés jogellenessé tétel káros befolyás megtámadhatóvá válás ragály umlaut fertőzés

okužba kužna bolezen

infección contagio

infection contagion

sich anstecken sich infizieren angesteckt werden übertragen beinflussen sich infizieren befallen werden Ansteckung Infektion Kontagion Verseuchung Beeinflussung Übertragung Infektion (mit einem Computervirus)

contagion infection

заражаться (чем-л.) инфекция, заражение заражаться (чем-л.) {～する}