台

台無しにする 台なしにする

だいなしにする

er een potje van maken verbroddelen verknoeien bederven verbruien verknallen doen mislukken verprutsen om zeep brengen helpen verpesten vermassacreren verknollen {inform.} vermodderen {inform.} verpoedelen {inform.} verbrodden {Belg.N.} verkankelemienen {volkst.} verkloten {vulg.} verfotsen {gew.} verneuken {gew.} veronnutten {gew.} verpeuteren {gew.} verprossen {gew.}

elront megromlik tönkretesz lerombol romba dönt

to spoil to ruin to destroy to make a mess of

verderben zunichtemachen versieben vermasseln versauen verpfuschen verpatzen verkorksen verhunzen

испортить; уничтожить; разрушить, свести на нет, угробить (план и т. п.)