明

明るい 明い

あかるい

licht helder klaar opgewekt vrolijk zonnig fair eerlijk clean schoon rooskleurig op de hoogte van met bekend met goed kennen goed thuis in bedreven in ervaren in geverseerd in onderlegd in vertrouwd met

okos ragyogó

svetel vesel

claro luminoso brillante alegre abierto risueño jovial ser un entendido en.. saber (algo) al dedillo de…

ljus

familiar (with) knowledgeable (about) well versed (in) fair (e.g. politics) clean impartial light well-lit well-lighted bright (of a colour) brightly-coloured brightly-colored cheerful bright spirited sunny (e.g. disposition) encouraging (for the future of a project, etc.) promising of fair prospects

hell (z. B. Zimmer) licht heiter (z. B. Charakter) froh fröhlich kundig vertraut beschlagen bewandert sauber

clair radieux brillant coloré gai familier (avec) bien au courant (de) bien informé (de) équitable (par ex. pour une politique) impartial propre

1) (прям. и перен.) светлый 2) сведущий (в чём-л.)

as 〜に明るい