設 備

設備

せつび

uitrusten (met) toerusten (met) outilleren (met) equiperen (met) faciliteren (met) installeren aanleggen voorzien van inrichten uitmonsteren fourneren {w.g.} uitrusting toerusting outillage installatie apparatuur inrichting voorzieningen accommodatie gemakken faciliteiten materieel {veroud. m.b.t. schip} equipement het uitrusten het toerusten het outilleren het equiperen installering uitmonstering

berendezés berendezés felszerelés lehetőségek létesítmények beiktatás

oprema oprema pripomoček namestitev

instalación infraestructura

equipment facilities installation accommodations conveniences arrangements

einrichten ausstatten ausrüsten anlegen Einrichtung Ausstattung Ausrüstung Anlage

équipement aménagements installation outillage

оборудовать; устраивать; проводить (напр. электричество) оборудование; устройство, приспособление оборудовать; устраивать; проводить (напр. электричество) {～する}