用 意

用意

ようい

voorbereiden maatregelen nemen voorzieningen voorbereidingen treffen toebereidselen maken zich klaarmaken zich prepareren voorzorgen nemen regelen voorbereiding voorbereidsel preparatie toebereidsel preparatieven zorgzaamheid gereedheid klaar? {frase bij de start van een wedstrijd om tot paraatheid te manen}

előkészület felkészítés felkészülés

priprava priprave pripraviti

hacer preparativos preparar disponer poner a punto preparación

preparation arrangements provision getting ready laying out (e.g. a meal)

vorbereiten Vorbereitungen treffen sich vorbereiten Vorbereitung Bereitschaft Vorrat Ausrüstung Vorsicht

préparation arrangements disposition se préparer préparer (par ex. un repas)

готовиться, делать приготовления (к чему-л.); заготовлять (что-л.); запасаться (чем-л.) подготовка, приготовления; готовность готовиться, делать приготовления (к чему-л.); заготовлять (что-л.); запасаться (чем-л.) {～{を}する} готовый; заготовленный {～の}