引 付

引き付ける 引付ける 引きつける 引付る 惹き付ける 惹きつける

ひきつける

引き付ける 引付ける 引きつける 引付る

trekken aantrekken doen naderen dichterbij naderbij brengen naar zich toehalen aanlokken aantrekken bekoren lokken boeien voor zich winnen charmeren betrekken op betrekking doen hebben op ruim interpreteren verdraaien forceren geweld aandoen {fig.} de stuipen krijgen stuiptrekkingen krijgen stuiptrekken zich krampachtig samentrekken

elbűvöl elvarázsol megbabonáz elbájol megbűvöl megigéz felvon kérdőre von kiirt kiránt kitép leáll megállít megfedd rendreutasít visszatart

očarati pritegniti privabiti imeti krč

fascinar atraer halar (en una puerta) tener una convulsión fascinar atraer detenerse (en una puerta) tener una convulsión fascinar atraer detenerse (en una puerta tener una convulsión

to attract to draw near to charm to attract to fascinate to entice to have a convulsion

heranziehen anlocken anziehen faszinieren bezaubern Krämpfe haben

attirer avoir une convulsion déformer le sens fasciner séduire

1) притягивать, придвигать; подтаскивать 2) привлекать ((людей, сердца; о женщине тж.) 嫵ける) 3) иметь конвульсии