オッダ
JMnedict 100319
Reading オッダ Romaji Odda

オッダ
JMnedict 200217
Reading オッダ Romaji Odda

堤出
JMdict 200217
Word 提出 ; 堤出
Reading ていしゅつ
Translation dut indiening ; voorlegging ; inlevering ; afgifte ; overgave ; terhandstelling ; aanbieding ; bewijs} aanvoering {m .b.t. ; productie {jur .} ; exhibitie {jur .} ; overlegging {jur .} ; depositie {jur .} ; indienen ; voorleggen ; inleveren ; aanhangig maken ; afgeven ; overgeven ; ter hand stellen ; bieden ; mening} naar voren brengen {m .b.t. ; opperen ; enz .} voorbrengen {bewijsstukken ; klacht} inbrengen {m .b.t. ; klacht} neerleggen {m .b.t. ; bewijs} aanvoeren {m .b.t. ; ontslag} aanbieden {m .b.t. ; oplossing} aandragen {m .b.t. ; verzet {m .b.t. ; protest} aantekenen ; stukken enz .} produceren {jur .; ; exhiberen {jur .} ; overleggen {jur .} ; deponeren {jur .} ; probleem} stellen {m .b.t. Translation hun ajándéktárgy ; bemutatás ; előterjesztés ; engedelmesség ; reszelék ; bead ; benyújt Translation slv predložitev ; oddaja dokumentov ; predstavitev ; predložiti ; oddati dokumente Translation spa entrega ; presentación
Translation eng presentation ( of documents ) ; submission ( of an application , report , etc .) ; production (e.g. of evidence ) ; introduction (e.g. of a bill ) ; filing ; turning in Translation ger Einbringen ; Einbringung ; Einreichung ; Einreichen ; Vorlegung ; Antrag ; Vorlage ; einbringen ; vorlegen ; beantragen ; einreichen ; vorbringen ; vorzeigen Translation fre présentation ; soumission ; dépôt Translation rus предъявление , представление ; представлять , предъявлять ; подавать ( напр . заявление , заявку ); предлагать , выдвигать {~する} ; представлять , предъявлять ; подавать ( напр . заявление , заявку ); предлагать , выдвигать


発する
JMdict 200217
Word 発する
Reading はっする
Translation dut vertrekken uit ; verlaten ; verschijnen ; zich voordoen ; optreden ; gebeuren ; voortkomen ; voortspruiten ; ontspringen ; voortspringen ; komen uit ; uitgaan van ; voortvloeien uit ; emaneren uit ; afkomstig zijn van ; z'n oorsprong vinden ; ontstaan ; tot stand komen ; teweegbrengen ; veroorzaken ; doen ontstaan ; beginnen ; starten ; lanceren ; voortbrengen ; geven ; opleveren ; afgeven ; afscheiden ; verspreiden ; uitstoten ; uitzenden ; uitvaardigen ; verstrekken ; uiten ; uitbrengen ; van zich doen uitgaan ; formuleren ; afvuren ; afschieten ; sturen ; afzenden ; afvaardigen Translation hun elbocsát ; elsüt ; kigyullad ; kilő ; kipirul ; tüzel ; tüzet fog ; áraszt ; kibocsát ; ad ; árast ; hallat ; nyilvánít Translation slv sprožiti {pištolo} ; oddajati Translation spa ocurrir ; tener lugar ; pasar ; emitir
Translation eng to let out ; to utter ; to produce ; to emit ; to give forth ; to discharge ; to issue ; to send ; to give ; to leave ; to depart ; to occur ; to appear ; to shoot ( an arrow or bullet ) ; to fire Translation ger senden ; schicken ; geben ; erlassen ; ergehen lassen ; erteilen ; ausstrahlen ; abstrahlen ; ausströmen ; abgeben ; abfeuern ; von sich geben ; ausstoßen ( einen Laut etc .) ; erheben ( Geschrei ) ; entspringen ; stammen Translation fre émettre ; pousser ( un cri ) Translation rus ( неперех . гл .) ; 1) исходить , проистекать ( из чего-л ., откуда-л .); начинаться ( от чего-л .) ; 2) отправляться ( откуда-л .) ; ( перех . гл .) ; 1) испускать ( свет , запах , звук и т. п.) ; 2) выпускать , издавать ; опубликовывать ; 3) посылать , отправлять ( напр . посланца , письмо ) ; 4) вызывать ( появление чего-л .)

発散
JMdict 200217
Word 発散
Reading はっさん
Translation dut uitwaseming ; exhalatie ; emanatie ; diffusie ; verspreiding ; straling ; uitstraling ; radiatie ; eradiatie ; divergentie {natuurk .} ; uitwasemen ; afgeven ; laten ; stoom} afblazen {m .b.t. ; woede} afreageren {m .b.t. ; ventileren ; stralen ; uitstralen ; {natuurk . ; wisk .} divergeren Translation slv sproščati ; širiti ; proizvajati ; oddajati ; izpuhtevati ; izhlapevati Translation spa dejar salir los sentimientos ; emitiendo ; emanando ; divergencia ( física )
Translation eng emission ; emanation ; radiation ; diffusion ; dispersion ; letting out ( feelings ) ; venting ; divergence ( of light ) ; divergence Translation ger Ausdünstung ; Ausstrahlung ; Verströmen ; Ausströmen ; Ausbreitung ; Verbreitung ; Divergenz ; sich verbreiten ; ausbreiten ; ausdünsten ; aussenden ; ausstrahlen ; von sich geben ; divergieren ; ablassen ; auslassen ; Luft machen ; freien Lauf lassen Translation fre émettre ; exhaler ; répandre ; se dégager ; émanation ; émission ; exhalation Translation rus 1) испарение ; улетучивание ; рассеивание ; отдача ( теплоты , энергии ) ; испаряться ; улетучиваться ; выдыхаться запахе ); выделяться через поры {~する} ; 2) ( физ .) рассеивание ( лучей ) ; 3) ( мат .) дивергенция ; испаряться ; улетучиваться ; выдыхаться запахе ); выделяться через поры


啼く
JMdict 200217
Word 鳴く ; 啼く
Reading なく
Translation dut natuurlijk geluid voortbrengen {van dieren} ; huilen {van honden ; uilen ; wolven ; zeehonden} ; roepen {van uilen ; koekoeken} ; fluiten {van vogels} ; zingen {van vogels ; walvissen} ; slaan {van vogels} ; tjilpen {van kleinere vogels} ; tjokken {van vinken} ; tjokkelen {van vinken} ; tjotteren {van vogels} ; striduleren {biol .} ; tokken {van kippen} ; kraaien {van hanen} ; kakelen {van hennen} ; klokken {van kalkoenen ; kippen} ; klappen {van papegaaien ; eksters ; raven} ; snateren {van eenden ; kalkoenen} ; gakken {van ganzen} ; gakkeren {van ganzen} ; gaggelen {van ganzen} ; krassen {van raven ; kraaien ; uilen} ; krauwen {van kraaien ; papegaaien} ; krijten {van bep . jachtvogels} ; kiekeren {van valken} ; krijsen {van meeuwen ; papegaaien ; valken ; apen} ; kolderen {van meeuwen} ; koeren {van duiven} ; roekoeën {van duiven} ; oehoeën {van uilen} ; schreeuwen {van apen ; uilen ; pauwen} ; blaffen {van honden} ; bassen {van honden} ; keffen {van honden} ; janken {van honden ; wolven} ; miauwen {van katten} ; mauwen {van katten} ; brullen {van leeuwen ; tijgers ; stieren ; bep . apen en kikkers ; enz .} ; briesen {van grofwild} ; bulken {van koeien} ; loeien ; hinniken {van paarden} ; fiepen {van reeën} ; blaten {van schapen} ; blèren {van schapen} ; mekkeren {van geiten ; schapen} ; balken {van ezels} ; iaën ezels} {w .g.} {van ; giegagen ezels} {veroud .} {van ; knorren {van varkens} ; gillen {van varkens ; vogels} ; gieren {van varkens ; bep . vogels} ; knorren {van varkens} ; piepen {van muizen ; mussen} ; kwaken {van eenden ; kikvorsen} ; rikkekikken {van kikvorsen} ; kwekken {van ganzen ; eksters ; kikvorsen} ; kwakken {van kwartels ; kikvorsen} ; kleppen {van ooievaren} ; trompetteren {van olifanten} ; trompetten {van olifanten} ; {veroud . ; w.g.} trompen {van olifanten} ; beren {van olifanten ; neushoorns} ; tjirpen {van krekels} ; tuten {van bijenkoninginnen} Translation hun ugat ; dorombol Translation slv oddajati glasove ; oglašati se ( za živali ) Translation spa cantar ( pájaros ) ; maullar ; mugir ; hacer sonidos ( animales )
Translation eng to sing ( bird ) ; to make sound ( animal ) ; to call ; to cry ; to chirp ; to make a meld call (e.g. pung , kong ) Translation ger singen ; krähen ; gackern ; zwitschern ; piepsen ; krächzen ; schnattern ; kreischen ; schreien ; rufen ; bellen ; heulen ; jaulen ; knurren ; miauen ; muhen ; meckern ; brüllen ; blöken ; zirpen ; schreien ( Tierlaute ) Translation fre chanter , siffler ( oiseaux ) ; croasser ( corbeau ) ; hululer ( hibou ) ; aboyer ; miauler ; ronronner ; crier ( pour un animal ) ; pousser son cri ( animal ) Translation rus петь , щебетать , чирикать птицах ); кудахтать курах ), кукарекать петухах ), крякать ( об утках ), гоготать гусях ); мычать коровах , быках ); блеять ( об овцах , баранах , козах ); ржать лошадях ); мяукать кошках ); скулить , повизгивать собаках ); выть волках ); реветь тиграх , львах и т. п.); квакать лягушках ); пищать мышах и т. п.); жужжать мухах и т. п.); стрекотать цикадах и т. п.)

遠い
JMdict 200217
Word 遠い
Reading とおい
Translation dut ver ; ver weg ; afgelegen ; verafgelegen ; verwijderd ; distant ; wijd {lit .t.} ; onna {veroud .} ; tijd} ver weg {m .b.t. ; lang ( geleden ) ; ver ; niet nauw verwant ; onna {veroud .} ; verziend {目が} ; hardhorend {耳が} ; slecht hoorbaar Translation hun messze ; messzebb eső ; messzebb fekvő ; messzebbi ; messzi ; messzire ; nagy távolságban ; sokkal ; távol- ; távol fekvő ; távol ; távolabbi ; távoli ; túlsó ; tartózkodó Translation slv daleč ; dalnji ; oddaljen Translation spa lejos ; distante
Translation eng far ; distant ; far away ; a long way off ; in the distance ; distant ( past ) ; remote ( in time ) ; remote ; far-removed ( in time ) ; distant ( relationship or kinship ) ; having little to do ( with someone ) ; far ( from something else in quality , degree , etc .) ; not similar ; way off ; hard ( of hearing ) ; nearsighted Translation ger weit ; fern ; weit entfernt ; entlegen ; fern ( Vergangenheit , Zukunft ) ; sehr unterschiedlich ( Quantität , Situation ) ; entfremdet ; nicht vertraut ; ohne Beziehung ; entfernt verwandt ; unbekannt ; nicht richtig funktionierend ( Ohren , Augen , Bewusstsein ) ; schwerhörig sein ; schlecht hören ; schlecht sehen ; besinnungslos ; ohnmächtig Translation fre lointain ; distant Translation rus 1) далёкий ; отдалённый пространстве , во времени ); ( как сказ .) далеко ; 2) дальний родстве ); далёкий ( об отношениях ) ; ( ср .) とおからぬ , とおく


遙か
JMdict 200217



逸れる
JMdict 200217

出す
JMdict 200217
Word 出す
Reading だす
Translation dut te voorschijn halen ; uithalen ; eruit halen ; {gew . ; お酒を〜} ophalen ; naar buiten brengen ; uitnemen ; uitspelen {トランプの札を〜} ; opspelen ; zetten ; uitlaten {外に} ; buitenlaten ; openzetten {水を〜} ; laten lopen ; lozen ; uitsteken ; uithangen {旗を〜} ; uiten ; slaken ; {音 ; サインを〜} geven ; maken ; produceren ; publiceren ; uitgeven ; uitbrengen ; op de markt brengen ; uitvaardigen ; openbaren ; tonen ; onthullen {i .h.b.} ; ontbloten ; laten blijken ; aan de dag leggen ; tentoonspreiden ; uitstallen ; etaleren ; serveren ; opdienen {料理を〜} ; voorschotelen ; te berde brengen ; aankomen met ; komen aanzetten met ; leveren ; afleveren ; verschaffen ; opgeven ; verstrekken ; aanbieden ; presenteren ; uitreiken ; aanvoeren {証を〜} ; insturen ; inzenden ; inleveren ; indienen ; inzetten {新人選手を〜} ; sturen ; zenden ; afvaardigen ; verzenden ; opsturen ; versturen ; uitsturen ; uitzenden ; uitstoten {ガスを〜} ; emitteren ; ontwikkelen {熱を〜} ; doen vertrekken ; uitzetten {船を〜} ; inleggen {列車を〜} ; betalen ; opbrengen ; veroorzaken ; opleveren ; voortbrengen ; geven ; halen {スピードを〜} ; opdrijven ; {店 ; 支店を〜} openen ; beginnen ; naar buiten {…~} ; uit- ; beginnen te {…~} ; het op een zetten Translation hun eltávolít ; kihoz ; bosszant ; elindul ; kiad ; kihajt ; kikapcsol ; közzétesz ; befordul ; begörbít ; betér ; lefekszik aludni ; megjelentet ; nyilvánosságra hoz ; elküld Translation slv poslati ; vzeti ven ; dati ven iz ; oddati ( nalogo ) ; izvleči na prosto ; tiščati ven iz zaprtega prostora Translation spa salir ; sacar ; publicar ; revelar ; mostrar ; presentar ( ej . tesis ) ; entregar ; hacer público ; enviar ( carta ) ; iniciar ( fuego ) ; servir ( comida ) ; empezar a ; echar a
Translation eng to take out ; to get out ; to put out ; to reveal ; to show ; to submit (e.g. thesis ) ; to turn in ; to publish ; to make public ; to send (e.g. letter ) ; to produce (a sound ) ; to start ( fire ) ; to serve ( food ) ; ... out (e.g. to jump out , to carry out ) ; to begin ... ; to start to ... ; to burst into ... Translation ger herausholen ; herauslegen ; hinausstellen ; herausnehmen ; ausstrecken ; hinausstrecken ; gehen lassen ; schicken ; abschicken ( einen Brief ) ; aufgeben ; einreichen ; abgeben ; einsetzen ; veröffentlichen ; herausgeben ; herausbringen ; servieren ; anbieten ; bezahlen ; zeigen ; aushängen ; aufgeben ; verursachen Translation fre sortir ( quelque chose ) ; tirer ( la langue ) ; soumettre ( par ex . une thèse ) ; rendre ; publier ; rendre publique ; envoyer ( par ex . une lettre ) ; émettre ( un son ) ; allumer ( un feu ) ; servir ( de la nourriture ) ; commencer ... ; démarrer ... ; faire irruption ... Translation rus 1) выставлять ; высовывать ; вынимать ; вытаскивать ; 2) показать , представить на обозрение ; 3) представлять , предъявлять ( доказательства , удостоверение и т. п.) ; 4) подавать ( на стол ) ; 5) высылать , посылать , отправлять ; 6) выпускать : ; 7) дать ( из своей среды , особенно пострадавших ) ; 8) выдавать , давать ( деньги ); платить ( за что-л .) ; 9) помещать печати ), публиковать ; 1) показывает направленность действия изнутри наружу (( ант .) …こむ【…込む】 ) ; : 飛び出す вылетать ; 2) ( обозначает начало действия :)
Crossref 飛び出す・とびだす・1 ; 声を出す ; 手紙を出す ; あぶり出す・あぶりだす ; 歌いだす・うたいだす

Records 1 - 15 of 15 retrieved in 1640 ms